MTB-Techniek: Versnellingen gebruiken

Heb je nooit eerder veel aandacht besteed aan het schakelen op je fiets, of blijft het gebruik van een derailleur voor jou nog steeds een mysterie? Laten we ons verdiepen in de wereld waarin je de juiste versnelling moet kennen voor de juiste snelheid, en vooral het perfecte moment om te schakelen!


Afb.: mtbroutedatabase.be

1. Hoe veranderen van versnelling?

Het schakelen van versnellingen berust op een principe dat al 120 jaar oud is en draait om een onderdeel van de fiets waarmee je de weerstand van het trappen kunt aanpassen. Dit onderdeel is de derailleur, die de positie van de ketting wijzigt om trappen gemakkelijker te maken. Meestal heeft een mountainbike twee derailleurs: een aan de voorkant om de kettingring te kiezen en een aan de achterkant om het juiste tandwiel te selecteren.

Om van versnelling te veranderen, hoef je doorgaans alleen de rechter schakelaar te gebruiken. Het overschakelen naar een groter tandwiel vergemakkelijkt het trappen, terwijl een kleiner tandwiel het trappen zwaarder maakt.

Met de linker schakelaar kun je van kettingring wisselen. Als je een kettingring met meer tanden kiest, wordt het fietsen zwaarder. Het verschil in weerstand is duidelijker merkbaar bij het wisselen van kettingring dan bij het wisselen van tandwiel.

Het signaal wordt via een kabel van de schakelaar naar de derailleur gestuurd. De derailleur verplaatst een geleider, waardoor de ketting van positie verandert, en dit gebeurt tijdens het trappen, waardoor de ketting volledig op zijn nieuwe positie valt.

Daarom moet je de schakelaars alleen gebruiken en van versnelling wisselen terwijl je aan het trappen bent.

Opmerking: Bij mountainbikes kun je vaak schakelen zonder je handen van het stuur te halen, maar dit geldt niet altijd voor bepaalde racefietsen en kinderfietsen. Op deze modellen zijn de versnellingshendels soms op het frame bevestigd. Daarom moet een kind eerst leren om het evenwicht op de fiets te bewaren voordat het met één hand aan het stuur kan schakelen.

2. Hoe de juiste verhouding vinden?


Afb.: mtbroutedatabase.be

Om het belang van versnellingen goed te begrijpen, kun je een paar oefeningen proberen:

1. Begin op een lichte helling met de grootste kettingring en het kleinste tandwiel.

2. Herhaal dezelfde helling, maar schakel nu over naar het kleinste kettingring en het grootste tandwiel.

3. Probeer het ten slotte met het middelste kettingring en een tandwiel in het midden.

Deze oefeningen zullen je laten ervaren hoe verschillende versnellingen de inspanning en snelheid beïnvloeden bij het beklimmen van hellingen.

3. Hoe vind je de juiste versnelling?

Er zijn verschillende factoren die bepalen welke versnelling je moet kiezen:

Ondergrond: Als de ondergrond droog en goed begaanbaar is, kun je in een hogere versnelling rijden dan wanneer het modderig is.

Helling: Bij het beklimmen van hellingen is het raadzaam om een lagere versnelling te gebruiken dan op een vlakke ondergrond. Daarentegen kun je bij afdalingen een paar tanden minder kiezen en een grotere kettingring selecteren.

Hindernissen: Een algemene regel is om je versnelling aan te passen, zodat je de hindernis kunt nemen. Het is echter belangrijk om vooruit te denken, omdat je tijdens het manoeuvreren niet kunt schakelen. Kies daarom voor de hindernis een iets lichtere versnelling waarmee je na de hindernis snel kunt vertrekken.

Conditie/Training: Door regelmatig te trainen, bouw je kracht op en kun je een groter verzet aan dan wanneer je niet traint. Je fysieke conditie speelt dus ook een rol bij het kiezen van de juiste versnelling.

Terug naar overzicht: Tech Zone